Kalbarri

Toch weer om zes uur uit de veren om vanmorgen de dolfijnen te gaan bekijken. Het is een kleine show die iedere ochtend opgevoerd wordt. De dolfijnen zijn geconditioneerd met een lekker visje, waardoor ze iedere morgen rond dezelfde tijd voor de kust verschijnen. Ze krijgen maar weinig visjes, net genoeg om te komem, maar te weinig om van te leven. Zodoende moeten ze zelf wel blijven jagen. Het water is kristal helder en het is erg leuk de dieren van zo dichtbij te kunnen bewonderen.

Na de show ontbijten we voor de tweede keer en overleggen we over het vervolg van onze tocht. Op het programma staat Steep Point, een plek op een schiereiland zuidelijker. Dat betekent eerst 120 km terug. Vandaar is het dan, via "Useless Road", een drie uur durende rit naar Steep Point met lastige zandstroken. Aangegeven wordt dat de bandenspanning daar moet worden verlaagd. Omdat het wederom zeezichten en kustlijnen worden, besluiten we in jullie belang om Steep Point te laten liggen. Ons "hoofdmotief" hierbij is, dat jullie zo langzamerhand wel genoeg van dit soort foto's zullen hebben. We besluiten dus koers te zetten richting Kalbarri, ons volgende reisdoel.

Onderweg stoppen we nog even bij de afslag en met enige pijn in het hart, kiezen we voor Kalbarri. Een stevig ritje van in totaal een 400 km.

In Kalbarri vinden we een prima camping die als uitvalsbasis kan fungeren voor verkenning van het NP. Ons plekje is uitstekend, lang zon en warmte, want in de avond koelt het hier snel af. 

Het is hier ook al wat langer licht en we kunnen na onze avondmaaltijd nog een wandelingetje maken.